Voor alle vragen over drank,
drugs, pillen, gamen en gokken

Home » Info voor studenten » Cijfers en statistieken » Gokken: de cijfers

Gokken: de cijfers

Hoeveel Vlaamse jongeren gokken?

Ook al is gokken onder de 18 jaar wettelijk verboden, vier op de 10 leerlingen (39%) in het secundair onderwijs gokte ooit voor geld. Loterijspelen worden het meest gespeeld en daarbij zijn krasloten het populairst: 27% kocht ooit een kraslot, 10% deed dat het afgelopen jaar. 16% speelde ooit met de lotto. Sportweddenschappen zijn de meest frequent beoefende gokvorm, al blijft het minstens 1 keer per week gokken op sportweddenschappen beperkt tot 1%. Dat blijkt uit onderzoek in het schooljaar 2022 – 2023.

Van de studenten in het hoger onderwijs in Vlaanderen bleek in 2021 dat 22% in het jaar voordien had gegokt voor geld. Dat was een verdubbeling tegenover 2017, toen nog 10% van de studenten aangaf voor geld te spelen in de laatste 12 maanden. Ook bij studenten zijn kasbiljetten en lotto het populairst. 54% van de gokkende studenten gokten daarop.

Hoeveel Belgen gokken?

In 2018 heeft 32% van de Vlamingen van 15 jaar en ouder minstens een keer een kans- en geldspel gespeeld in de afgelopen 12 maanden. 10% deed dat wekelijks en 0,1% dagelijks. Meer mannen (39%) dan vrouwen (24%) speelden de afgelopen 12 maanden een kans- en geldspel. Het kwam vooral voor bij 25-44-jarigen.

Er werd hoofdzakelijk gespeeld op loterijspelen (30%). Casinospelen en spelen op sportwedstrijden waren veel minder in trek (elk 3%) en poker en andere gokvormen nog minder (2%).

Eind 2018 waren 417.380 mensen actief op legale gokwebsites. Op het einde van 2018 telde de Nationale Loterij bijna 1 miljoen spelersrekeningen op haar online platform.

Hoeveel Belgen hebben een gokprobleem?

Uit onderzoek op de Belgische bevolking van 18 jaar en ouder bleek in 2016 dat in totaal 5,2% personen die gokken, risicovol (4,3%) of problematisch (0,9%) gokken. Dat komt neer op 467.081 personen (386.240 personen die risicovol gokken en 80.841 personen die problematisch gokken).

In 2018 liep in Vlaanderen 0,9% van de bevolking een risico op een gokafhankelijkheid, waarvan 0,3% een hoog risico. Dat kwam neer op 54.865 personen.

Eind 2022 hadden 7.278 personen bij de Kansspelcommissie een vrijwillig toegangsverbod aan voor casino’s en speelautomatenhallen aangevraagd. In totaal waren op 31 december 2022 43.762 vrijwillige uitsluitingen actief bij de Kansspelcommissie. 824 uitsluitingen waren op verzoek van een derde (partner, ouder of kinderen van de persoon die gokt).

Slechts 14% van de personen die problematisch gokt zoekt hulp. Ook uit de cijfers van de hulpverlening blijkt dat gokproblemen maar een beperkt deel uitmaken van de hulpvragen. In de Centra Geestelijke Gezondheidszorg van Vlaanderen en Brussel had 0,2% van de zorgperiodes in 2022 betrekking op een persoon waarbij de diagnose pathologisch gokken werd gesteld (141 zorgperiodes). Dit percentage bleef ten opzichte van 10 jaar eerder stabiel.