Het is dus de dokter die de rijgeschiktheid van de patiënt en de geldigheidsduur van het advies bepaalt.
De geneesheer kent de reden van het gebruik en bepaalt de dosis die je mag gebruiken. Tevens is de geneesheer op de hoogte van eventuele medicijncombinaties. Het kan zijn dat je na een bepaalde gewenningsperiode van de pijnstiller toch nog met de auto mag rijden.
Al deze factoren samen geven de arts voldoende informatie om een inschatting te kunnen maken. Check dus steeds bij je geneesheer of je wel of niet mag autorijden. Weet dat bijvoorbeeld sommige hoestsiropen ook pijnstillers zoals codeïne kunnen bevatten.
Als je veel autorijdt, kun je met je geneesheer bespreken of je niet kan geholpen worden met pijnstillers uit een lagere categorie.
Lees ook altijd de bijsluiter. Die vermeldt wat het effect is van de pijnstiller op de rijvaardigheid.