De Belgische wet controleert het schenken van sterke dranken in drankgelegenheden (met vergunningen). Ook de productie van alcoholhoudende dranken wordt gereglementeerd.
Beteugeling van dronkenschap
Daarnaast is er de beteugeling van dronkenschap. Er bestaan straffen voor de volgende situaties:
- dronkenschap op een openbare plaats
- het schenken van alcoholische dranken aan een persoon die kennelijk al dronken is
- het doen drinken van een persoon die kennelijk al dronken is
Alcohol in het verkeer
Elke chauffeur wordt wel eens tegengehouden voor een alcoholcontrole. De politie neemt dan een ademtest of alcoholtest af.
De verkeerswetgeving bepaalt dat rijden (met de auto, motorfiets, brommer of fiets) vanaf 0,5 promille alcohol in het bloed strafbaar is.
Voor beroepschauffeurs (bestuurders van vrachtwagens, bussen, taxi’s, ambulances, …) is de wet strenger. Zij moeten zich houden aan een limiet van 0,2 promille. Dat betekent dat deze chauffeurs al na het drinken van één glas strafbaar zijn (in de praktijk komt dit dus neer op een nultolerantie voor drinken in het verkeer voor beroepschauffeurs). Ze riskeren een onmiddellijke inning van 105 euro en een rijverbod van 2 uur.
Voor privé-chauffeurs ligt de limiet op 0,5 promille. Wanneer je na een alcoholtest blijkt te rijden onder invloed, kan de politie onmiddellijk een bedrag innen. Sinds 1 mei 2017 gaat dat om 179 euro. Er kan ook voor hetzelfde bedrag een minnelijke schikking getroffen worden. En je krijgt een rijverbod van minimum drie uur. Komt de zaak voor de politierechter, dan kan die een boete uitspreken van 200 tot 4.000 euro en een rijverbod opleggen. De politierechter kan ook een alcoholslot opleggen.
Vanaf 0,8 promille worden de straffen zwaarder. Het rijverbod bedraagt zes uur, en je rijbewijs kan onmiddellijk ingetrokken worden, bijvoorbeeld als het rijgedrag gevaarlijk is voor de verkeersveiligheid. Bij een onmiddellijke inning betaal je 420 euro. Vanaf 1,0 promille is dat 578 euro. Vanaf meer dan 1,2 promille is er geen onmiddellijke inning mogelijk.
Betaal je de onmiddellijke inning van 420 of 578 euro, dan beslist het parket of je een minnelijke schikking krijgt of voor de politierechter moet komen. Die kan een boete uitspreken van 1.600 tot 16.000 euro en een rijverbod opleggen van 8 dagen tot 5 jaar (afhankelijk van het precieze alcoholgehalte in het bloed). De politierechter kan ook een alcoholslot opleggen. Vanaf 1,5 promille is geen onmiddellijke inning en ook geen minnelijke schikking meer mogelijk. Je moet dan sowieso voor de rechter komen. Vanaf 1,8 promille is de rechter ook nog eens verplicht om een alcoholslot op te leggen
Bij herhaalde overtredingen worden de gevolgen nog zwaarder. Werd je binnen de 3 jaar opnieuw betrapt, dan loopt de boete op van van 3.200 tot 40.000 euro en bedraagt het rijverbod minimum drie maanden. Alvorens je weer mag rijden, moet je medische en psychologische proeven afleggen en ook een theoretische en praktische proef. Is er binnen diezelfde 3 jaar een tweede herhaling, dan verdubbelen die boetes (tot 80.000 euro) en de duur van het rijverbod (minstens zes maanden).
Als je minder dan 2 jaar over een rijbewijs B beschikt, dan zijn de straffen strenger voor rijden onder invloed. Je moet dan altijd voor de rechter verschijnen en krijgt een rijverbod van 8 dagen tot 5 jaar. Om opnieuw te mogen rijden, moet je eerst opnieuw een theorie- en/of praktijkexamen afleggen.