Als je kind alcohol drinkt of drugs probeert, betekent dat niet dat je hebt gefaald als ouder. Er zijn veel factoren, los van opvoeding, die een rol spelen wanneer jongeren experimenteren met middelen.
De eerste keren dat ze het proberen, doen ze het niet zozeer omwille van problemen. Ze doen het voor het experiment, de kick, het genot, de vriendenkring. Om positieve redenen dus. Niet omdat ze niet goed in hun vel zitten, en ook niet omdat het thuis of op school moeilijk loopt. Het is meestal pas na verloop van tijd dat die negatievere motieven een rol gaan spelen.
Jongeren hebben hun gedrag nog niet zo goed in de hand als volwassenen. Hun hersenen zijn daar nog niet klaar voor. Het is daarom moeilijker om niet zo impulsief te zijn. Dat verklaart bijvoorbeeld waarom veel jongeren meedoen met de babbelaars tijdens de les, of mee drinken of cannabis uitproberen op een feestje.
Als het experimenteren zich in deze context afspeelt, stoppen veel jongeren er na een poosje weer mee of gaan ze slechts af en toe gebruiken.
Jongeren die in de knoei zitten, maken wel een veel grotere kans om het te blijven doen. Zij kunnen gaandeweg ontdekken dat alcohol of drugs hen afleiding bieden van kopzorgen en problemen.