Hoe je met je ouders omgaat nu je niet meer bij hen woont, beslis je zelf. Alles hangt af van de situatie toen je nog thuis woonde en hoe jij die hebt ervaren. Het contact zal niet altijd gemakkelijk zijn. Zeker niet als je ouder nog steeds een alcohol- of drugprobleem heeft.
Een probleem met drank, drugs, pillen of gokken kan heel wat schade aanrichten in gezinsrelaties. Misschien is er te veel gebeurd vroeger, waardoor je geen contact meer hebt. Is dat er wel nog, kan het goed zijn om met je ouder te praten over het vroegere drinken, hoe jij dat hebt ervaren en hoe dat van invloed op jou is geweest.
Soms is contact verbreken de beste keuze, om bijvoorbeeld het verleden achter je te kunnen laten. Dat klinkt drastisch, maar het betekent niet dat je je vader of moeder niet meer als je ouder beschouwt. Die beslissing ligt bij jou. Je kan daarover op onbegrip botsen bij mensen in je omgeving. Besef dat zij niet weten wat kinderen van een ouder met een alcohol- of drugprobleem hebben meegemaakt. Vaak denken mensen dat contact houden goed is voor jou en voor je ouder. Maar alleen jij kan uitmaken of dat ook voor jou het geval is.
Het omgekeerde kan ook: dat jij wel contact wilt, maar je ouder die gebruikt niet meer. Dat kan pijnlijk zijn en de verwerking bemoeilijken. Ook als je gebruikende ouder is overleden, kunnen onverwerkte gevoelens je blijven parten spelen.
Misschien heb je nooit met hen over de problemen kunnen praten. Of misschien blijf je kwaad op je ouder en voel je je (opnieuw) in de steek gelaten. Het kan ook dat je je schuldig voelt over je boosheid, of omdat je meer opluchting dan verdriet voelt. Je hoeft je niet te schamen voor die gevoelens. Als je er veel last van hebt, is het goed om erover te praten. Misschien kan dat met een ander familielid, je partner of een goede vriend(in). Je kan ook terecht bij je huisarts of andere hulpverlening.